Killarney National Park

Vanmorgen zijn we weer gestart met Olga, alle spieren zijn gerekt en gestrekt. Na ons ontbijt rijden we richting het National Park. Rondom drie meren, die in de ijstijd zijn gevormd, liggen beboste heuvels, een waterval, een ruine en een landhuis. We halen wat informatie op bij Ross Castle, een gedeeltelijke ruine, en rijden naar Torc Waterfall waar nog net een parkeerplaats over is. Of beter gezegd, waar Peter onze bus tussen perst. Zo druk als het hier is hebben we niet eerder meegemaakt in Ierland. Ons gezelschap, dat het vandaag zonder Sjir moet doen, die een retraite dagje heeft, wandelt naar de waterval. Na de groepsfoto gaan de bikkels onder ons de pittigste wandeling van 2,5 uur doen. De anderen wandelen de berg op en neer, en langs het meer naar Muckross House waar de koffie en thee op ons wachten. Het is heerlijk weer om te wandelen, zon en wolken wisselen elkaar af. Onderweg zien we van alles, de waterval, het meer, een mooi landhuis, een dikke boom en een jong damhertje.

Thuisgekomen kunnen we achter het huis nog even van de zon genieten. In de avond gaan we een hapje eten in Killarney, in Murphy’s pub. Vooraf pittige drum sticks en een stoofpotje, gestoofd in Guiness smaken me goed en tijdens het eten krijgen we de sfeer van de paardenrace op tv mee. De (Irish) koffie was getrakteerd door Loes, die er zo ook bij was. Morgen verlaten we dit fijne huis in Killarney en rijden naar een nieuw avontuur.